Dit is een column over ondernemerschap en ondernemend leiderschap binnen het Nederlandse 10-14-onderwijs. De auteur is Margreet Kamman, directeur van Great Learning Nederland.
Recent verscheen in het NRC een artikel waarin de auteur zijn verbazing uit over het uitblijven van de massale verontwaardiging over vroegtijdige selectie; ‘Het huidige systeem werkt als een sociaaleconomische sorteermachine.’
Momenteel zijn er gelukkig meer dan dertig 10-14-initiatieven en hun aantal is groeiende. Tienerscholen spelen namelijk in op drie onvolkomenheden van het traditionele onderwijssysteem:
- Een kind is met 12 jaar nog volop in ontwikkeling. Rond 11 à 12 jaar zijn ze simpelweg te jong om voor alle vakken op één niveau te worden ingedeeld.
- Veel kinderen leren beter wanneer zij mogen bewegen en er ruimte is om zelf dingen te doen en te ontdekken. Dat is dus juist niet urenlang stilzitten en luisteren.
- Kinderen zijn tot 15 jaar vaak gebaat bij de rust en structuur van een kleine setting. Geen lesuitval en 14 verschillende vakken (en dito leraren!) per week.
Goed onderwijs vergt lef en ondernemerschap
Het oplossen van deze manco’s in ons Nederlandse onderwijssysteem vraagt moed om traditionele systemen en patronen kritisch onder de loep te nemen. Daar is lef en ondernemerschap voor nodig, niet noodzakelijkerwijs de grootste kwaliteiten van onderwijskundig leiders… Gelukkig komt er wel steeds meer aandacht voor ‘de ondernemende schoolleider’. Zo sprak ik onlangs een groep startende schoolleiders van Windesheim toe. Ik gebruikte deze formule (credits @expeditietienerschool):
De formule komt in de basis hierop neer: als we inspiratie en urgentie stevig met elkaar verbinden (in het kwadraat) en we vermenigvuldigen dat met lef en ondernemerschap, dan ontstaat onderwijsinnovatie.
Inspiratie, urgentie, ondernemerschap en lef maken je onderwijs
Onderwijsinnovatie slaagt wanneer we menselijke inspiratie en maatschappelijke urgentie bundelen en deze vermenigvuldigen met lef en ondernemerschap. We hebben alle facetten nodig.
Schoolleiders moeten de verbinding leggen tussen de specifieke behoeften van tieners en het onderwijs dat hen voorbereidt op de complexe wereld van vandaag. Door te luisteren naar docenten, ouders en vooral naar de tieners zelf, kunnen schoolleiders waardevolle inzichten verkrijgen en deze gebruiken om onderwijsinnovaties een flinke boost te geven. Het gaat om het creëren van een inspirerende leeromgeving die het tienerbrein uitdaagt en stimuleert. Deze omgeving is gericht op creativiteit, kritisch denken en samenwerken – vaardigheden die tieners – meer dan ooit – nodig zullen hebben in hun toekomst.
Kortom, ondernemend leiderschap in tienerscholen is niet alleen een kwestie van lef, maar ook van urgentie. Het is een oproep om oude systemen die niet meer werken los te laten het ontwikkelde tienerbrein maximaal centraal te zetten. Alleen zo kunnen we onze leerlingen voorbereiden op de complexe wereld die voor hen ligt en hen helpen uitgroeien tot veerkrachtige en competente volwassenen.
Tot slot: het recept voor innovatief onderwijs
Neem een enorme hoeveelheid inspiratie en urgentiebesef en breng dit aan de kook. Dit verbinden we met alle ingrediënten die het recept tot een smaakvol hapje kunnen maken. Voeg vlot een flinke lepel lef en een groentelepel ondernemerschap toe en voilá: je kunt beginnen!